In 1966 verovert St.-Annaparochie, uit een lijst met niet minder dan 75 parturen, eindelijk weer eens een prijsje op de Bondswedstrijd. Flip Soolsma, Piet D. Keizer en Bote G. Groen verslaan achtereenvolgens St.-Nicolaasga, Lekkum en Ried, maar in de vierde omloop is Franeker, met Johan van Seijst, Sikke Sikkema en Piet de Groot, veel te sterk gezien de 2-5 en 2-6 nederlaag. Maar toch keren de drie kaatsers uit genoemd Bildtdorp met de zesde prijs huiswaarts. In 1967 doet Gerard van der Meer, samen met Daan G. Groen en Flip Soolsma, zijn intrede op de Bondswedstrijd, maar succesvol zal zijn optreden in dit jaar nog niet zijn . Dit verandert in 1968. Nu met de van Sexbierum afkomstige Willem Hiemstra en wederom Flip Soolsma bereikt dit trio, via zeges op achtereenvolgens Utrecht, Groningen, Heerenveen, Akkerwoude en Sneek, de halve finale. Daarin is Bolsward, met o.a. tweevoudig PC-koning Sjouke de Boer, de te sterke tegenstander, eindstand 4-5 en 4-6. De derde prijs uit een lijst van 79 parturen mag uitstekend worden genoemd.
Een jaar later is ditzelfde partuur opnieuw van de partij en doet opnieuw van zich spreken. In de eerste omloop is de winnaar van 1968, Franeker, kansloos (5-1 en 6-2) en ook Harlingen in de tweede omloop, krijgt geen voet aan de grond (5-0 en 6-6). Vervolgens worden Schalsum, Pingjum en Leeuwarden aan de zegekar gebonden en in de zesde omloop heeft St.-Annaparochie een vrijstaand nummer. In de finale moet worden aangetreden tegen Baard, met alleskunner en PC-koning in 1982 Tamme Velstra, in de gelederen. Het wordt een uitermate spannende eindstrijd, waarbij St.-Annaparochie tenslotte op de stand 5-4 en 6-4 aan het langste eind trekt. In dit boeiende treffen mist Tamme Velstra op genoemde stand het perk. In 1970 zal dit trio de ‘Zilveren Bal’ verdedigen en hetzelfde partuur wordt aangemeld. Gerard van der Meer is in september 1969 op de wedstrijd te Marssum zonder kennisgeving afwezig en wordt hiervoor een aantal wedstrijden geschorst, waaronder helaas ook de Bondswedstrijd valt. Er wordt voor hem een vervanger gevonden in de persoon van Hoite Spijkstra, die zich uitstekend weert. Er staan nu 69 drietallen op de lijst en St.-Annaparochie rekent achtereenvolgens af met Arum , Tzummarum, Midlum, Jorwerd en Bolsward. In de zesde omloop heeft men vrijstaand nummer en in de finale wacht Leeuwarden, met Johannes Westra, Rienk de Groot en Oene Hiemstra. Het wordt een gelijk opgaande partij, die bij tijd en wijle wordt ontsierd door geschreeuw vanaf de tribune en vooral Leeuwarden is hier de dupe van. De laatste slag valt op de stand 5-4 en 6-4 in het voordeel van Hoite Spijkstra, Flip Soolsma en Willem Hiemstra . Op die stand weet Oene Hiemstra de opgeslagen bal van Flip Soolsma niet te verwerken. Dus opnieuw gaat de wisselbeker mee naar St.-Annaparochie.
In 1971 bereikt St.-Annaparochie de derde omloop en in 1972 wordt opnieuw een prijsje in de wacht gesleept, nu de achtste prijs. Gerard van der Meer, Piet van Kooten en Willem Hiemstra zijn hier verantwoordelijk voor. In de vierde omloop is Franeker een maatje te groot (3-5 en 4-6). Geen succes is er in 1973 en 1974, maar in 1975 zijn Piet van Kooten, Gerard Tanja en Willem Hiemstra opnieuw succesvol voor St.-Annaparochie. Achtereenvolgens worden Achlum en Giekerk zonder een tegeneerst verslagen, Witmarsum krijgt een spel aan de hang en in de vierde omloop is Winsum een taaie opponent (5-5 en 6-0). Daarna heeft St.-Annaparochie vrij om in de halve finale Marssum te bekampen. Dit is een te zware opgave, al wordt er flink tegenstand geboden gezien de 3-5 en 6-6 eindstand. De derde prijs, uit een lijst van 75 parturen, is een keurig resultaat.
Willem Hiemstra.